zaterdag 27 januari 2018

Hoe ziet jouw ideale White Album er als enkel album uit?

Het is misschien een hele rare vraag, maar beluisteren jullie The White Album nog wel eens helemaal? Van A tot Z? Op je stereoset of op je oren? Misschien herken je het: een plaat die je al jaren kent, luister je eigenlijk nauwelijks nog in zijn geheel. Je pakt er je favoriete nummers uit, of dat ene nummer dat je op dat moment even heel interessant vindt. Of herontdekt. Laatst ben ik er eens voor gaan zitten en heb ik The White Album, met hoofdtelefoon, weer eens helemaal beluisterd. Ik heb ook geprobeerd met nieuwe oren te luisteren en me heel erg op de plaat te concentreren. De conclusie? Ik was overdonderd. Zeker omdat ik nummer na nummer van de ene in de andere sfeer geslingerd werd. Ik was even vergeten hoe bijzonder het album als geheel was.





Luuk kwam met een lijst
Toch werd ik een tijdje geleden aan het denken gezet door Luuk, één van de vaste lezers van deze blog. Vorig jaar was hij in Amsterdam aanwezig bij de lezing die Jan Cees en ik gaven over Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band en voorzichtig blikten we samen al even vooruit naar 2018, het jaar waarin De Witte natuurlijk centraal zou staan. Door het jubileum en door The Analogues. Luuk besloot zichzelf een opdracht te geven: stel je voor dat The White Album een enkel album had moeten zijn. Dat er slechts 15 van de 30 nummers op dat ene album terecht hadden mogen komen. Welke nummers zouden dat dan moeten zijn? Ik vond het een interessante gedachte. Luuk ook. Hij ging naar huis en dacht diep na, beluisterde de plaat nog eens goed en stuurde me een paar dagen later zijn lijstje, waarover zometeen meer.


The Whiter Album
Wat vonden The Beatles en George Martin eigenlijk zelf van de gedachte dat The White Album een enkel album had moeten worden? Ik vond een filmpje waarin Ringo, George Martin, George en Paul daar hun mening over geven. Zo vond Ringo dat de plaat wel erg veel informatie bevatte en hadden het van hem best twee releases mogen worden: The White Album en The Whiter Album, zo grapte hij op zijn gebruikelijke nuchtere manier. George Martin ging kwalitatief altijd voor het hoogst haalbare en had graag de zwakkere nummers verwijderd om een heel sterk album over te houden. Daar maakte hij nooit een geheim van. Wellicht zat daar ook wel wat oud zeer bij, omdat hij bij een deel van het opnameproces niet betrokken is geweest. Grappig is het om te bedenken dat The White Album voor veel Beatlesliefhebbers juist hun favoriete plaat is.


It's the bloody Beatles, shut up!
George Harrison gaf toe dat er wel heel veel nummers beschikbaar waren omdat er rond die tijd heel veel 'ego's in de band waren, maar wat hem betreft was het een prima keuze om al die nummers uit te brengen. Waarom alles opsparen als je zoveel nieuwe muziek hebt? Paul was duidelijk: It's great, it sold, it's the bloody Beatles, shut up! Hebben we trouwens ooit uitspraken van John Lennon over dit onderwerp kunnen horen of lezen? [filmpje]



Wat vond de pers destijds?
De dubbelaar werd destijds over het algemeen heel positief ontvangen. De New York Times noemde het album fantasierijker dan voorgangers Sgt. Pepper en Magical Mystery Tour. Juist de enorme diversiteit in stijlen werd geroemd. Volgens The Sunday Times bevatte de plaat schoonheid, horror, verrassingen, chaos en orde. Jann Wenner van Rolling Stone omschreef de muziek als the history and synthesis of Western music en noemde het de beste plaat die The Beatles hadden gemaakt. Natuurlijk waren er ook minder positieve kritieken en werd het album door zijn enorme diversiteit aan stijlen juist ook weer inconsistent gevonden. En dat brengt ons weer terug bij de vraag: als jij één ijzersterke elpee mag maken van The White Album, wat zou daar dan op staan? 

Rolling Stone magazine, 21 december 1968


The White Album volgens Luuk
Over zijn lijstje schreef Luuk me: Nou, het viel me toch nog niet mee. Ik heb Blackbird er maar in gehouden omdat het er bijhoort. En ik heb ook Don't Pass Me By behouden omdat een Beatle-LP zonder Ringo-nummer niet kan:

 1. Back In The USSR
 2. Dear Prudence
 3. Glass Onion
 4. While My Guitar Gently Weeps
 5. Martha My Dear
 6. I'm So Tired
 7. Blackbird
 8. Piggies
 9. Don't Pass Me By
10. Birthday
11. Everybody's Got Something To Hide Except Me And My Monkey
12. Sexy Sadie
13. Helter Skelter
14. Revolution I
15. Savoy Truffle


Maak je eigen White Album!
Natuurlijk ben ik ontzettend benieuwd naar jullie White Albums. Laat me weten wat jullie plaat zou zijn. De spelregels zijn simpel: je mag 15 nummers kiezen. Ik zou het leuk vinden als je daarbij ook je ideale tracklist zou maken. Wat zou er, in welke volgorde, op een ouderwetse Kant A en Kant B hebben gestaan? Wat vind jij een sterke opener of de overduidelijke afsluiter van Kant A en wat is bijvoorbeeld het ultieme slotnummer? Deel je lijst als antwoord op deze blog of, nog leuker, via Twitter of Facebook, zodat er nog meer interactie met de andere lezers ontstaat. Natuurlijk is er ook ruimte voor motivatie. 



Welke invalshoek kies je?
Ik ben zelf ook nog aan het puzzelen. Ook met de invalshoek die ik zou moeten kiezen. Moet er bijvoorbeeld een Ringo-nummer op omdat dat nu eenmaal op elke Beatlesplaat het geval was, of ruil je zo'n track liever in voor een extra nummer van John? Hoort een vernieuwend nummer als Revolution 9 juist wel thuis op de plaat, of vind je het zo afschuwelijk dat je het liever weglaat? Wat doet recht aan het tijdsgewricht en de plek van de plaat in het totale oeuvre van The Beatles (met 'belangrijke' nummers), maar wat doet juist recht aan jouw eigen smaak (met vooral 'jouw favoriete nummers')? Wat dat betreft zou je misschien wel twee lijstjes willen maken. Ik beloof dat ik zelf ook met mijn White Album kom. Ondertussen kijk ik uit naar jullie lijst of lijstjes. 15 nummers hè....? ;-)





zaterdag 20 januari 2018

Good Night: hoe John Lennon ons aan het eind van The White Album op het verkeerde been zet

Elk album verdient een indrukwekkende afsluiter. Een finale die de luisteraar nog even bij de les houdt en vervolgens stil achter laat: onder de indruk, verbaasd of juist ontroerd. Bij The Beatles was het vaak John Lennon die de eer kreeg de albums af te sluiten. Als we kijken naar The White Album, de plaat die we deze weken natuurlijk regelmatig centraal zetten, dan was er opnieuw sprake van een Lennon-nummer dat ons meeneemt naar de binnenste groeven van het vinyl. Zoals dat ook bij de voorgaande elpees Revolver (Tomorrow Never Knows) en Sgt. Pepper (A Day In The Life) het geval was. Uiteraard moet bij A Day In The Life vermeld worden dat McCartney ook in creatief opzicht tekende voor een groot deel van dat nummer.

Ringo tijdens de opnamen van Good Night

Luisterde Lennon goed naar Cole Porter?
Op The White Album zet John Lennon ons met zijn Good Night op de valreep nog even op het verkeerde been. Het trage en rijk georchestreerde nummer doet op geen enkele wijze denken aan iets dat John zelf geschreven zou kunnen hebben. Het leunt op de nostalgische en zoete stijl waar Paul McCartney zo hield en die hij graag toepaste. De stijl van big bands en orchesten, met een knipoog naar het verleden. De stijl die Lennon zelf met enig dedain als Granny Music aanduidde. Toch moet John Cole Porter's True Love, dat The Beatles in Hamburg regelmatig zongen, in zijn achterhoofd hebben gehad toen hij het schreef: [filmpje]




Good Night was voor Julian
In een interview vertelde Lennon dat hij Good Night schreef voor zijn oudste zoon Julian, die in 1968 ten tijde van de opnamen 5 jaar oud was. Op dezelfde wijze nam hij in 1980 het nummer Beautiful Boy op voor zijn tweede zoon Sean, op dat moment ook 5 jaar oud. Daarbij eindigt de vergelijking overigens direct. Waar Beautiful Boy ontroerend direct gericht was aan Sean, bleef John met Good Night op afstand van Julian. Tekenend voor de relatie die John met zijn oudste zoon had, als een wat onbeholpen en te jonge vader, nauwelijks betrokken bij de opvoeding van zijn zoon. Door Ringo het lied te laten zingen, ging hij zelf de confrontatie met zijn (gebrek aan) vaderlijke gevoelens niet aan.

John met Julian in '68

John instrueerde Ringo, Paul keek toe
Op vrijdagavond 28 juni 1968 speelde John Ringo zijn nieuwe nummer voor en instrueerde hij zijn bandmaatje hoe hij het zou moeten zingen. Het tweetal nam vijf takes op, waarbij John gitaar speelde en Ringo zong. Paul McCartney keek toe en haalde later in een interview met Barry Miles deze voor hem dierbare herinnering op:

I think John felt it might not be good for his image for him to sing it but it was fabulous to hear him do it, he sang it great. We heard him sing it in order to teach it to Ringo and he sang it very tenderly. John rarely showed his tender side, but my key memories of John are when he was tender, that's what has remained with me; those moments where he showed himself to be a very generous, loving person. I always cite that song as an example of the John beneath the surface that we only saw occassionally... I don't think John's version was ever recorded.


Alsof we een fly on the wall zijn
In dit fragment horen we John op gitaar, oefenend met Ringo. Helaas horen we John niet zelf zingen, maar Ringo experimenteren met een gesproken intro en vervolgens vals de zanglijn inzetten, waarna hij direct afgekapt wordt door John. Alsof we een fly on the wall zijn op de late avond van 28 juni 1968 in Studio Two: [filmpje]




Ringo klonk zenuwachtig
Ringo was geen groot zanger en moest het wederom uit zijn tenen halen om overeind te blijven. Zelf zei hij daarover dat het hem redelijk goed gelukt was, maar dat hij achteraf vond dat hij erg zenuwachtig klonk. Over het feit dat juist John Lennon het liedje schreef zei hij: Everybody thinks Paul wrote Good Night for me to sing, but it was John who wrote it for me. He's got a lot of soul, John has. Op het album Anthology 3 horen we een versie waarbij Ringo zingt en John hem op de piano begeleidt.


Het orkest stond er in 12 takes op
Op 2 juli deed Ringo een nieuwe poging het nummer in te zingen. George Martin werkte op basis daarvan een arrangement voor orkest uit. Uiteindelijk vormden de opnamen met het orkest op 22 juli 1968 een nieuwe basis voor het nummer. In 12 pogingen stond het orkest er naar tevredenheid op. George Martin huurde de Mike Sammers Singers, een koor met 4 vrouwen en 4 mannen, in om de achtergrondvocalen te zingen. Daarmee was Ringo's bedje gespreid om nog één keer een poging te doen zijn hoofdrol te vervullen. In de vroege uren van 23 juli zette Ringo zich schrap en leverde hij zijn vocale prestatie. Daarmee hielp hij John Lennon zijn gevoelens te uiten en overwon hij zijn eigen zenuwen als zanger.



zaterdag 13 januari 2018

Lennon en McCartney in de jaren zeventig: deel 2 (1975-1980)

Deze week vervolg ik mijn verhaal over de vriendschap tussen John Lennon en Paul McCartney in de jaren zeventig. Vorige week heb je kunnen lezen hoe de twee elkaar bestookten via de pers en in hun muziek, maar uiteindelijk toch kozen voor een wapenstilstand en een hernieuwde vriendschap. Deze week pak ik de draad op in januari 1975. John Lennon was inmiddels vanuit Los Angeles naar New York verhuisd waar hij een appartement bewoonde met zijn vriendin May Pang.


David Bowie had er meer van verwacht
De McCartneys kwamen volgens May regelmatig langs, waarna er meestal een gezamenlijk etentje plaatsvond. Het viertal bezocht begin '75 David Bowie in zijn New Yorkse hotelsuite, die de tapes van zijn aanstaande album Young Americans aan John, May, Paul en Linda liet horen. Hoewel Bowie de nummers keer op keer afspeelde, raakten Lennon en McCartney op een gegeven moment verveeld en vroegen ze of hij nog andere muziek had om te laten horen.

Linda en Paul als regelmatige bezoekers van Johns appartement in New York,
foto door May Pang


Paul nodigde John uit in New Orleans
In januari 1975 streek Paul met zijn band Wings neer in New Orleans om te starten met de opnames van het album Venus and Mars. Hij nodigde John uit om het vliegtuig te pakken en zich aan te sluiten in de studio. Om samen te schrijven en te musiceren. Lennon was enthousiast. Hij vertelde Pang dat hij graag naar New Orleans wilde, ook om de befaamde Mardi Grass-festiviteiten mee te maken. It will be fun to watch Paul record, voegde hij er aan toe. May hoopte dat John, eenmaal aanwezig in de studio bij Paul, ook bij zijn oude makker zou aansluiten.


Ik zie je straks!
De sterren leken begin 1975 dus uitermate gunstig te staan voor de échte muzikale reünie van de twee ex-Beatles, maar zover kwam het nét niet. Die weken kreeg John ook onophoudelijk telefoontjes van Yoko, vanuit The Dakota, met de belofte dat haar hypnotiseur hem van zijn rookverslaving af kon helpen, iets waar John graag aan mee wilde werken. Er werden afspraken gemaakt en steeds weer geannuleerd omdat volgens Ono de sterren niet goed zouden staan. Toen Lennon bij wijze van spreken zijn koffers al gepakt had om naar New Orleans af te reizen, ging hij op de valreep akkoord met een bezoekje aan de hypnotiseur. Ik zie je straks, riep hij naar Pang, met wie hij in die periode plannen had een huis in New York te kopen. John vertrok naar The Dakota en kwam nooit meer terug, hoewel hij in het geheim contact met Pang bleef houden. De gezamenlijk opnamesessies met Paul waren voorgoed van de baan.

Paul wachtte begin 1975 tevergeefs op John in New Orleans


Kerstliedjes zingen
Op 9 oktober 1975 werd Sean Lennon geboren, de baby die de hernieuwde relatie tussen Lennon en Ono moest bezegelen. McCartney toonde zich een trouwe vriend en stond tijdens de kerstdagen van dat jaar bij Lennon voor de deur. Letterlijk. Fotograaf Bob Gruen vertelde hoe hij bij de Lennons op bezoek was in The Dakota terwijl de voordeurbel ging. Het voorval zorgde voor een schrikreactie, want in het zwaar beveiligde Dakotagebouw kwam praktisch niemand langs de portier, laat staan dat er zomaar bij de appartementen aangebeld kon worden. De fotograaf liep naar de voordeur en hoorde kinderstemmen die kerstliedjes zongen. Toen hij de deur opende, stond daar de familie McCartney. Een haast ontroerend gebaar richting de meestal wat afhoudende Lennons.

Paul met Stella, New York 1975


Samen met een pizza op de bank voor Saturday Night Live
Toch toonde John ook zijn vriendschap richting Paul door hem in maart 1976 als één van de eersten te bellen toen hem het nieuws bereikte dat Jim McCartney, Pauls vader, was overleden. Een maand later hielden John, Paul, Yoko en Linda een loom tv-avondje in New York dat een haast hilarische wending kreeg. Talkshow host Lorne Michaels deed op de avond 24 april 1976 een oproep in zijn programma dat live vanuit New York uitgezonden werd. Terwijl hij een cheque van 3000 dollar omhoog hield, riep hij John Lennon, Paul McCartney, George Harrison en Ringo Starr op om zich diezelfde avond live in de show te melden, hun juridische geschillen achter zich te laten en als The Beatles drie liedjes te komen zingen.

24 april 1976: Lorne Michaels doet The Beatles een bod in zijn live-show


Het leek Lennon en McCartney wel een goede grap
Wat hij niet wist was dat in dezelfde stad, 22 straten verderop, John en Paul achterovergezakt op de bank zaten, pizza op schoot en een lachbui kregen. Zou het niet grappig zijn als we er nu naartoe gaan? vroeg de altijd impulsieve John aan Paul. Ze overwogen een taxi te nemen en zich nog voor het einde van de uitzending bij de presentator te melden. Toen de lachbui over was, besloten ze dat ze eigenlijk te moe waren om zo laat nog op pad te gaan. De McCartneys gingen naar huis en de Lennons keken nog een film.

Een cartoonist verbeeldde Lennon en McCartney, samen kijkend naar Saturday Night Live op 24 april 1976.


Paul kreeg de deur in zijn gezicht
Toch was er bij McCartney opnieuw de hoop ontstaan om iets met Lennon te gaan doen. Hij meldde zich de volgende dag opnieuw bij John, gewapend met een gitaar. Lennon was moe. Hij had de hele dag voor baby Sean gezorgd en snauwde tegen McCartney: Bel voortaan voordat je langskomt. Het is geen 1956 meer en gewoon even langswippen is er niet meer bij. Paul keerde zich om en vertrok. Hij vloog de volgende ochtend naar Dallas om zich bij zijn bandleden te voegen. John toonde later berouw door te zeggen dat hij het niet zo kwaad bedoeld had.


Rot op, Kojak!
John en Pauls contact bestond vanaf die periode uit steeds sporadischere telefoongesprekken. De toon werd gespannener en het tweetal vervreemde weer van elkaar. In april 1977 waren de McCartneys voor zaken in New York. Ze verbleven in een hotel aan de andere kant van central park. Paul belde John met de woorden Hé ik zou je heel graag willen zien. Hoezo? antwoordde John. Wat moet je godverdomme van me, man? Paul vertelde John waar hij met de kinderen mee bezig was geweest: pizza eten en sprookjes voorlezen. Jij bent één en al pizza en sprookjes, antwoordde Lennon op raadselachtige wijze. In een ander telefoongesprek haalde John in een accent dat inmiddels behoorlijk Amerikaans geworden was, uit naar Paul, waarop Paul uiteindelijk Rot op, Kojak! snauwde en de haak er op smeet. Hij had genoeg van het gedrag Lennon. McCartney vertelde later wel eens dat hij in die periode soms hele vreemde telefoontjes van Lennon kreeg.


De Lennons in de keuken van hun New Yorkse domein

Lennon wilde McCartney niet verklappen dat hij aan nieuwe nummers werkte
Toen Paul McCartney begin 1980 in een Japanse gevangenis belandde vanwege het bezit van marihuana, volgde Lennon de gebeurtenissen op afstand en met grote interesse. Hij liet zijn persoonlijke assistent alle kranten kopen die over het voorval schreven. Het was Pauls eigen schuld, aldus de meedogenloze Lennon. In de loop van 1980 verbeterde de relatie tussen de twee zich. Af en toe werd er weer gebeld. Paul vroeg John of hij nog nummers schreef, waarop Lennon hem antwoordde: Nee, ik ben daar klaar mee. In het geheim werkte hij wel degelijk aan liedjes voor zijn comebackalbum Double Fantasy. Op zijn beurt gaf Lennon aan zijn naasten toen dat hij McCartneys nieuwe hit Coming Up een verrekt goed stukje muziek vond. Met belangstelling luisterde hij naar het experimentele album McCartney II. Op zijn beurt had Paul inmiddels elke hoop op een muzikale hereniging met zijn jeugdvriend opgegeven. Toen hij vernam dat John daadwerkelijk aan een album werkte, belde hij diverse malen naar de studio met de vraag of hij langs mocht komen. Zijn telefoontjes werden onderschept en bereikten John niet.

John tijdens de opnamen van Double Fantasy, 1980


Een laatste gebaar
Op 8 december 1980, de laatste dag waarop hij leefde, sprak Lennon met een interviewer van RKO Radio en noemde hij Paul McCartney (samen met Yoko Ono) de belangrijkste persoon met wie hij in zijn creatieve leven had samengewerkt.




Huilen als een kind
Het nieuws van de moord op John Lennon bereikte de McCartneys in Londen, in de ochtend van 9 december. Hoewel Paul in een eerste statement richting de pers heel gereserveerd en wat onhandig reageerde, vertelde hij later in een interview dat hij die avond met zijn gezin verdoofd op de bank naar de nieuwsbeelden had gekeken en een woedeaanval kreeg, schreeuwde tegen de moordenaar en zich tenslotte overgaf aan zijn verdriet: Ik huilde als een kind, aldus McCartney. Het was hem al die jaren niet gelukt om tot een echte vriendschap en een mooie muzikale samenwerking met zijn oude maatje te komen. Geduldig had hij het spel van aantrekken en afstoten van John ondergaan, in de hoop op echt contact. Of Lennon daartoe niet in staat was, zich niet durfde te geven, laks was of door derden beïnvloed werd....we zullen het nooit weten.


Een laatste boodschap
Zijn laatste boodschap aan John verwerkte Paul in de vorm van een denkbeeldige conversatie, een jaar later op zijn album Tug of War. Het liefdevolle Here Today mag met recht een vorm van rouwverwerking genoemd worden. Voor McCartney en voor de wereld: [filmpje]



zaterdag 6 januari 2018

Lennon en McCartney in de jaren zeventig: deel 1 (1970-1975)

Na het uiteengaan van The Beatles restte John Lennon en Paul McCartney nog ruim tien jaar. Een periode waarin ze opnieuw een weg met elkaar moesten zien te vinden. De vanzelfsprekendheid van hun contact was, met het uiteenvallen van The Beatles, volledig verdwenen. Na vijftien jaar vriendschap, geboren uit een gezamenlijke liefde voor rock 'n' roll, een gedeeld verdriet om het verlies van hun moeders en een gemeenschappelijke droom om beroemd te worden, moesten John Lennon en Paul McCartney zich een weg banen door het decennium dat voor hen lag. Hoe verhield het tweetal zich in de jaren zeventig tot elkaar?

John en Paul eind maart/begin april 1974 in Santa Monica:
 de laatste foto die van hen samen bekend is.


Verwijdering en achterdocht
Aan het begin van de jaren '70 was er vooral sprake van verwijdering en achterdocht tussen John en Paul. In de hele financiële en juridische nasleep van het Beatles-imperium stond John met George en Ringo aan zijn zijde lijnrecht tegenover Paul. De drie lieten hun zaken behartigen door Allen Klein, terwijl Paul ervoor koos zich juridisch te laten vertegenwoordigen door zijn schoonfamilie, de Eastmans. Hoewel de meeste kwesties door accountants en juristen boven de hoofden van The Beatles uitgevochten werden, was er in die periode geen sprake van een erg warme band tussen John en Paul. Communiceren deden de twee via de pers (die hen uiteraard graag opjutte), hun liedjes en brieven.



Een pittige brief (circa 1971) van John en Yoko aan Paul en Linda: Don't give
me that Auntie Gin shit about 'in five years I'll look back as a different person.'


Lennon voelde zich zeer aangesproken door een liedje van McCartney
Op zijn album Ram, dat in mei 1971 verscheen, opende McCartney met het nummer Too Many People. We horen Paul zinnen zingen als: Too many hungry people losing weight en Too many people preaching practices. Hoewel Paul nooit heeft bevestigd of ontkend dat hij zich in het nummer rechtstreeks tot John richtte, was Lennon furieus en voelde hij zich zeer aangesproken. Op zijn eetstoornis en op zijn politieke campagnes. Lees de tekst mee en oordeel zelf: [filmpje]




Giftige tegenaanval op het album Imagine
John dook die zomer de studio in en schreef een furieuze tekst over McCartney, die niets aan de verbeelding overliet. In het bijzijn van George Harrison (die als medeplichtige de gitaarpartijen inspeelde), Yoko Ono die steeds fellere tekstregels aandroeg en Ringo Starr, die op een gegeven moment zei Jongens, zo is het genoeg, werd How Do You Sleep geboren. Hier was geen enkele twijfel over de intenties van Lennon om McCartney keihard te raken. In de clip zien we John Lennon, George Harrison en de overige bandleden terwijl ze het nummer inspelen. Een stevig stuk venijn, dat in schril contrast staat met de idealistische titeltrack Imagine van het album waarop het verscheen: [filmpje]



So Sgt. Pepper took you by surprise
You better see right through that mother's eyes
Those freaks was right when they said you was dead
The one mistake you made was in your head

Ah, how do you sleep
Ah, how do you sleep at night?

You live with straights who tell you, you was king
Jump when your momma tell you anything
The only thing you done was yesterday
And since you're gone you're just another day

Ah, how do you sleep
Ah, how do you sleep at night?


McCartney vond het allemaal ontzettend naar
In de pers grapte Paul McCartney dat hij juist prima sliep, sinds hij op het platteland woonde. Toch was hij wel degelijk geraakt door de precisieaanval van Lennon: Het was echt ontzettend naar. Ik vond het vooral heel triest. We waren echt heel hechte vrienden geweest sinds we een jaar of zestien waren, vertelde Paul, die ook moest toezien hoe John hem op de achterzijde van zijn Imagine-album parodieerde:



Een zacht antwoord
Pauls zachte poging tot verzoening volgde krap twee maanden later met het nummer Dear Friend op het Wings-album Wild Life. [filmpje]



Dear friend, what's the time?
Is this really the borderline?
Does it really mean so much to you?
Are you afraid or is it true?

Dear friend, throw the wine
I'm in love with a friend of mine
Really truly, young and newly wed
Are you a fool or is it true?

Are you afraid or is it true?


Een etentje en een wapenstilstand
Begin 1972 gebruikte John, inmiddels verhuisd naar New York, journalist Ray Connolly om een persoonlijke brief af te leveren bij de voordeur van 7 Cavendish Avenue. Jim McCartney, die op dat moment bij zoon Paul in Londen logeerde, pakte de brief aan. Laat je hier niet in meezuigen, jongen, zou vader McCartney de journalist hebben gezegd. Eind januari vlogen Paul en Linda naar New York en waren ze op uitnodiging van de Lennons te gast in hun toenmalige appartement aan Bank Street. Er werd gegeten en bijgepraat. Lennon en McCartney spraken af dat ze elkaar niet meer zouden bekritiseren in de pers en via liedjes. Hun wegen scheidden zich weer. Paul werkte intensief aan zijn carrière met Wings en John stortte zich in New York in het politieke activisme.


Lachend en musicerend
In maart 1974 kwamen Lennon en McCartney elkaar in Los Angeles tegen. Ze werden lachend en vriendschappelijk kletsend backstage in het Hollywood Palladium gezien, tijdens de uitreiking van de Grammy Awards. John was duidelijker milder gestemd over Paul en zijn muzikale prestaties. Hij noemde Band On The Run een geweldig nummer én album. In het verlengde van die ontmoeting bezochten Paul en Linda John op 28 maart in Santa Monica. John leefde inmiddels gescheiden van Yoko en bewoonde met maitresse May Pang een huis dicht bij het strand. Op deze gedenkwaardige dag maakten Lennon en McCartney nog één keer samen muziek. Achter de gesloten deuren van een naburige studio vond een jamsessie plaats, die onder invloed van de nodige verdovende middelen, dramatisch klonk. In het bijzijn van artiesten als Stevie Wonder en Harry Nilsson speelden John en Paul krakkemikkige versies van klassiekers als Lucille en Stand By Me, waarbij McCartney achter de drums zat: [filmpje]




Paul bracht John een belangrijke boodschap van Yoko
Vier dagen later zocht Paul John opnieuw op in zijn strandhuis. Terwijl John nog sliep, wekte Paul hem met een medley van oude Beatles-hits op de piano die in de woonkamer stond. Ook nam Paul John apart, met een boodschap van Yoko. Ze was bereid John terug te nemen, maar hij zou haar hart opnieuw moeten veroveren en in ieder geval eerst weer (apart) in New York moeten komen wonen.

Ringo en Paul achter de piano in Johns strandhuis in Santa Monica, 1974


Paul kroop opnieuw achter Johns piano
John knoopte de woorden in zijn oren en verkaste later dat jaar, weliswaar nog samen met May Pang, naar een apartement in East 52nd Street, New York City. May Pang schreef daarover: We waren nog geen uur in ons nieuwe appartement toen de telefoon ging. Het eerste telefoontje was van Paul. We hadden Paul en Linda in Los Angeles verteld dat ze, na onze verhuizing, altijd naar de Dakota konden bellen om ons nieuwe nummer te achterhalen. Ook omschreef ze hoe Paul en Linda al snel op bezoek kwamen en er een kleine reünie met Johns oudste zoon Julian ontstond, die op dat moment even bij zijn vader logeerde. Bij die ontmoeting nam Paul plaats achter de piano en begon te spelen. Volgens Pang in de hoop dat John zich aan zou sluiten of dat er een muzikale samenwerking zou ontstaan. Maar John hield zijn mond en staarde neutraal voor zich uit, blijkbaar nog niet toe aan een nieuw Lennon-McCartney-moment.

In de jaren die volgden zouden nog een aantal opmerkelijke ontmoetingen tussen John en Paul plaatsvinden, ver buiten het zicht van de pers. Daarover lees je volgende week meer!

Volgende week deel 2: 1975-1980